In 1991 gingen wij, Herman Zonnebelt, Derk Pas, Jan Bakker en Hans Bouman samen voor de eerste keer op pad om hulpgoederen naar Roemenië te brengen en dan is 2016 een jubileumjaar, het 25e achtereenvolgende jaar en naar schatting het 43e transport……
In de voorbereiding hebben we er rekening mee gehouden dat het een jubileumreis zal zijn en dat komt heel goed uit, want enkele weken geleden (medio maart) is ons ‘grote’ transport (een halve trailer vol goederen) al naar Roemenië gebracht door Herman Zonnebelt en Marc Bouman. Mooi dat dit een gezamenlijk transport was met onze “collega’s” van het ROEC uit Rijssen, die een los-adres hadden op slechts enkele tientallen kilometers verwijderd van ons losadres….
Omdat dit grote transport al geweest was hadden wij niet zo heel veel goederen meer om mee te nemen.
Ik zou bijna zeggen: meer dan fantastisch was het gebaar van Bouwbedrijf Nieuwenhuis / Selekthuis uit Rijssen, al 24 jaar het bedrijf dat ons ieder jaar belangeloos een bestelbus ter beschikking stelt, toen bleek dat zij geen bus voor ons ter beschikking hadden omdat men zelf de bussen hard nodig was. Maar ons probleem werd door hen opgelost en wel door een deal te maken met de Opel-dealer Wolves uit Rijssen : wij kregen zodoende een mooie Opel Vivaro bus met dubbele cabine ter beschikking !! Echt top !!
Omdat, zoals gemeld, het grote transport slechts enkele weken eerder plaatsvond, hoeven we niet al te veel goederen mee te nemen. Een aantal dozen met kleding, wat medische artikelen zoals injectienaalden etc. en verbandartikelen en verder onze persoonlijke spullen gaan achter in de Vivaro die daarmee mooi gevuld is maar niet afgeladen vol.
Herman start op tijd en haalt eerst Jan op, om daarna Derk en Hans op te pikken en dan is het nog maar net 5 uur in de morgen als we de autobaan bij Rijssen opdraaien
Amper een half uur later passeren we de grens met Duitsland en via de A-45 gaat het op de A-3 aan die we volgen tot Oostenrijk. Om de 2 uur wisselen we van chauffeur en onderweg genieten we van een vers gezet bakje koffie, een slaatje en soms ook een lekker stuk harde metworst. Gelukkig is Hans niet vergeten deze mee te nemen zoals de vorige reis…..
De grenscontroles stellen niet veel voor en als we de grens met Hongarije hebben bereikt is het reeds aan het eind van de middag. Ook daar (net als in Oostenrijk) moeten we weer een tolvignet kopen en als we dat gedaan hebben bellen we even met onze vrienden in Boedapest dat we over een uurtje of twee bij hen hopen te zijn.
Als we ter hoogte van Tatabanya op een parkeerplaats stoppen om te wisselen komt er een jonge man met zigeuner-achtig uiterlijk naar onze auto lopen. Hij is uit een oude VW Passat met Pools kenteken gestapt. Achter het stuur zit nog een man, maar die blijft de hele tijd in de auto zitten.
De zigeuner ziet kennelijk dat we uit Nederland komen (hoe zou dat nou kunnen….?) en hij biedt ons een splinternieuwe mobiele telefoon, I-phone te koop aan. Het lijkt inderdaad een mooi nieuw toestel en hij laat heel rap allerlei programma’s zien die op het toestel zitten. In Nederland kost zo’n apparaatje al gauw zo’n 700 Euro maar wij mogen het kopen voor slechts 450 Euro….. Wij hebben helemaal geen belangstelling voor zo’n telefoon en dat zeggen we hem dan ook maar hij blijft aandringen. Hij zegt geld nodig te hebben voor brandstof voor zijn auto want hij wil naar huis.
We vragen hem waar hij dan wel heen moet en hij vertelt dat hij naar Roemenië moet, naar huis. De prijs voor de telefoon daalt in redelijk snel tempo en als hij nog 250 Euro vraagt antwoordt Jan : dat zal wel zo’n apparaat van de maffia zijn. Dat begrijpt de knaap en hij roept uit dat het eerlijke handel is en zeker geen maffia-praktijk. Om dat aan te tonen legt hij zijn ID-kaart voor ons op de picknicktafel en dan loopt hij terug naar de VW Passat. Herman en Jan maken snel een foto van zijn ID-kaart en we zien dat hij geboren is in Sfanthu Gheorghe en dat hij woont in Borosneu Mare, Roemenië.
De knaap komt teruglopen en biedt nu ook een Samsung S-6 telefoon aan, ook voor 250 Euro…. We hebben echt geen belangstelling en hij biedt nu beide telefoons samen voor 250 Euro aan……helaas voor hem verandert onze belangstelling niet. Dan zakt hij nog verder met de prijs en wil slechts 100 Euro hebben voor beide toestellen samen…..
Als we hem vragen waar hij dan wel moet zijn in Roemenië zegt hij dat hij in Borosneu Mare moet zijn, naar zijn arme vrouw en kindertjes…… snik snik…. Ooooohhh, zegt Hans: Nagy Borosneu (de Hongaarse naam van het dorpje) ?? De knaap schrikt zichtbaar dat wij, Hollanders, de naam van het dorpje zo’n 800 kilometer verderop, kennen. Als Herman dan ook nog zegt: ooh, daar bij het tankstation rechtsaf, dan door het dorpje Reci en dan kom je in Borosneu, dan is hij helemaal van slag en als hij dan ook inmiddels door heeft dat hij aan ons geen gegapte spullen kan verkopen, druipt hij af….. Sommige mensen hebben ook altijd pech…..
Het loopt tegen half acht in de avond als we bij de pastorie van Jozsef en Katalin aanbellen. De grote poort gaat open en we kunnen onze bus mooi op het terrein stallen. De begroeting met Jozsef is hartelijk en hij biedt ons aan eerst onze spullen op de slaapkamers te leggen en dan te komen eten, want hij heeft het eten bijna klaar.
Katalin is deze avond niet aanwezig omdat zij als lerares Hongaars met een aantal cursisten op afsluitend weekend is naar Sopron. Het blijken vooral mensen te zijn van de Duitse ambassade die toch een aantal woorden Hongaars willen leren.
Jozsef laat zien dat hij ook prima kan koken en we laten ons het eten dan ook goed smaken. Na het eten heeft Jozsef nog een afspraak staan dus hij moet ons alleen laten. Maar daar redden wij ons wel mee en nadat we op onze slaapkamers nog even een slaapmutsje nemen gaan we toch maar op tijd naar bed, het was vanmorgen ook al fraai vroeg toen we opstonden......
Op zaterdagmorgen loopt de wekker om 5 uur al weer af en na de was- en scheerbeurten pakken we onze spullen weer in de Vivaro-bus en dan heeft Jozsef het ontbijt al weer klaar staan, compleet met melk, thee en koffie...... we laten het ons weer lekker smaken.
Om klokslag 6 uur verlaten we het erf aan de Frangepan utca (=straat) en het blijkt mooi rustig op de straten in Boedapest. Verkeer is er natuurlijk altijd wel, maar we kunnen lekker doorrijden en na een kleine 20 minuten rijden we al weer op de autosnelweg, in zuidwestelijke richting naar Arad / Szeged.
Een kleine 2 uur later naderen we, inmiddels helemaal via de autobaan, de grensovergang Hongarije – Roemenië. Was het eind vorig jaar nog een heel kale bedoening, nu staan er de nodige kantoortjes en controlehokjes. De douaneman kijkt onze paspoorten na, scant deze in en vraagt dan waar we naar toe gaan. Omgeving Brasov, zegt Jan en dat vindt hij voldoende, we kunnen doorrijden.
Direct na de grenspassage moeten we een tolvignet kopen en dat doen we dan ook maar, het kost maar een paar Euro en als ze je pakken zonder vignet ben je toch wel aardig de klos.
We wisselen meteen even van chauffeur en we staan even te kijken bij de naastgelegen rijstrook waar al het vrachtverkeer over de weegbrug moet. We kunnen precies zien hoeveel druk per as aangegeven wordt en aan het eind, als de vrachtwagen de brug gepasseerd is, verschijnt het totaalgewicht op een groot digitaal bord.
Er zijn al een paar vrachtwagens gepasseerd als er ineens een vrachtwagen over de brug rijdt die per as al behoorlijk wat kilo’s aangeeft: waar normaal zo rond de 10 ton per as gewogen wordt, gaat deze zware jongen er ruim overheen en als de wagen de brug gepasseerd is, begint er een luid signaal te piepen en we zien dat de zware jongen de 50 ton ruim passeert. De truck moet stoppen maar de chauffeur doet kennelijk net of hij niets gezien of gehoord heeft en geeft gas.......onmiddellijk komen er 2 ambtenaren uit het hokje stormen en roepen en gebaren de wegrijdende truck dat hij moet stoppen..... Ammehoela denkt de chauffeur kennelijk en als we na zo’n 10 minuten verder rijden zien we heel wat kilometers later de betreffende truck nog steeds rijden....... zou zijn vluchtpoging geslaagd zijn of krijgt hij de rekening alsnog gepresenteerd ? Zijn kenteken is wel genoteerd door de controle-ambtenaren.....
Wij vervolgen onze weg en zien tot ons genoegen dat er al weer een heel groot stuk autosnelweg klaar en in gebruik is. Dat schiet lekker op ! We moeten er eerlijkheidshalve wel bij zeggen dat we de charme van het rijden door al die dorpjes ook wel weer een beetje missen, maar ja, je kunt niet alles hebben. Als we nog een uurtje te rijden hebben belt Janosz ons al om te vragen hoe ver we zijn…..hij kan bijna niet wachten.
Ter hoogte van Brasov zien we de bergketens van de Karpaten en op de toppen liggen nog bulten sneeuw. Prachtig gezicht is dat !
We passeren eerst het dorpje Reci en even later Borosneu Mare, maar de zigeuner-jongen die ons onderweg telefoontjes wilde verkopen zien we niet.......ook geen spoor van de auto met het Poolse kenteken.
Het is aan het begin van de avond als we Doboly bereiken en de poort van de woning van Janosz Albert zwaait direct open als we het kerkje voorbijrijden. De ontvangst is weer als vanouds bij een weerzien van oude vrienden……
Ilona heeft het eten al weer klaar en als we aan tafel schuiven zien we dat Ilona erg haar best heeft gedaan in de keuken en op tafel staat een heel mooie grote schotel met allerlei vlees en andere culinaire lekkernijen en centraal daarin staat “25” hetgeen natuurlijk slaat op ons jubileum. Het ziet er heel mooi uit maar het is natuurlijk wel bedoeld om op te eten en dus laten we het ons goed smaken.
Als we de slaapkamer willen betrekken zien Janosz en Ilona dat Jan en Herman beide een opvouwbare stretcher mee hebben. Heel goed bedoeld en we zullen ons met z’n vieren op die ene slaapkamer ook best wel redden, maar daar hebben we toch buiten de waard gerekend: daar is geen sprake van ! Jan en Herman slapen in de “master-bedroom” oftewel in het bed van Janosz en Ilona, die zelf in de woonkamer op een bankje gaan slapen…. Hoezeer we ook protesteren: de gasten krijgen de beste slaapplaatsen. Punt uit !!
’s Nachts kunnen we wel liggen na 2 dagen achtereen in de auto te rijden en op zondagmorgen staat er iets bijzonders op het programma: de vice-premier van Hongarije ( !!!!) Zsolt Zsjelmen komt naar het gehucht Doboly voor een bliksembezoek om het kerkje, een Hongaars rijksmonument, te bekijken en hij neemt meteen een ‘zak geld ‘ mee om nu eindelijk eens te kunnen beginnen met de renovatie van het kerkje.
Omdat er nu ook fresco’s gevonden zijn in het kerkje wordt de zaak nog iets waardevoller. Waar de Roemeense regering iedere keer weer beloofde geld ter beschikking te stellen maar dat niet deed, komt nu de Hongaarse regering voor de dag. Er is een paar miljoen Forint ter beschikking en dat moet eerst volstaan voor de renovatie van het dak van de kerk.
Om ruim voor half tien staat een mooie delegatie van de bevolking van het dorp keurig opgesteld op het grasveldje voor het kerkje en er zijn tafels gedekt waarop traditionele volks-lekkernijen als koek en natuurlijk ook de palinka staat voor de gasten.
Er wordt iets geroepen in de verte en iedereen gaat “in model” staan want daar zal de vice-premier zijn…..maar dat is hij nog niet: er komt een gezin aan met paard-en-wagen…..hahaha dat was een leuke misrekening !!
De ‘hoogwaardigheidsbekleder’ komt natuurlijk een half uur later dan gepland en met hem nog een aantal personen zoals de provincie-bestuurder (bij ons zeg maar de CdK) en de burgemeester zelf. Daarnaast toch nog wel een paar beveiligingsmensen want stel je voor dat er iemand een aanslag wil plegen op de vice-premier……
Na de nodige handjes geschud te hebben nodigt ds. Janosz Albert de mensen uit in het kerkje en spreekt een aantal woorden van welkom en van dank aan de vice-premier en overhandigt hem een pen-tekening van het kerkje als aandenken. Daarna houdt de vice-premier een korte toespraak en leest de brief voor waarin het geld toegezegd wordt.
Na een paar foto’s samen met de bevolking van Doboly vertrekt de beste man snel weer…..de kerkdienst die om 10 uur zou beginnen wordt zo’n drie kwartier opgeschoven…..
Tijdens de kerkdienst, waar tot onze verrassing meer mensen aanwezig zijn dan we totnutoe gewend waren, wordt ineens een oudere vrouw onwel en we schieten (natuurlijk) te hulp. Men beduidt dat de vrouw hartklachten heeft en het lijkt er op dat zij gereanimeerd moet gaan worden maar dan voelt Hans toch nog een lichte en heel zwakke polsslag. We beduiden dat men het alarmnummer moet bellen en dat doen ze dan ook gauw: net als bij ons 1-1-2. Gelukkig komt de vrouw even later, als we haar stabiel neer hebben gelegd, weer iets bij haar positieven. We leggen haar buiten in de frisse lucht neer en terwijl er 2 vrouwen bij haar blijven gaat de kerkdienst verder.
Als de dienst is afgelopen en we buiten staan te praten met bekenden, komt de ambulance er aan met loeiende sirene…… aanrijtijd bedraagt 50-55 minuten…..!!!!
Het materiaal en de uitrusting van deze hulpverleners ziet er best goed uit, waarom de aanrijtijd zo lang is, weten we niet.
Na onderzoek door de verpleegkundigen blijkt de vrouw een zeer lage bloeddruk te hebben en dat was de oorzaak van het wegvallen…. Later op de middag bleek de vrouw gelukkig al weer thuis te zijn.
Die zondagmiddag komen zoon en schoondochter Lacy en Gyongyi met hun zoontje op visite en vlak daarna komen ook de vrienden van de familie Albert, Gabi en Mimi het erf oplopen. De laatsten zijn goede kennissen van ons geworden. Zij wonen in Sfanthu Gheorge maar zijn geboren in Doboly en hebben hier ook nog steeds een woning die ze als vakantieverblijf gebruiken. Zoals gebruikelijk heeft Mimi weer 2 grote schalen met heerlijk gebak meegenomen en we moeten natuurlijk van alle soorten iets proeven….op zich geen straf maar enkelen van ons moeten toch een paar keer passen omdat anders ome dokter straks gaat protesteren……
We zitten een tijdje heel gezellig te praten op de veranda en tegen de avond maakt Lacy de barbecue in de tuin al weer aan…..we vragen ons zoals zo vaak af wie er allemaal komen eten, gezien de enorme hoeveelheid lappen vlees……en daarbij nog de heerlijke gebakken vis die Mimi meegenomen heeft….buikje buikje wat had je goede dagen…..
We bespreken met Janosz nog even de stand van zaken over de door ons gebrachte hulpgoederen, on;langs afgeleverd met de vrachtwagen door Herman en Marc. Janosz vertelt dat het overgrote deel van de goederen (voornamelijk kleding) al weer uitgedeeld is / verkocht is volgens ons al jaren beproefde recept: de mensen kunnen voor een klein bedrag de goede kleding kopen, waarbij Janosz de prijs bepaalt en daarbij rekening houdt met de financiële draagkracht van de mensen. De opbrengst van de kledingverkoop gaat in een centrale pot en daarvan wordt, in overleg met ons, iets gedaan of aangeschaft waar het hele dorp profijt van heeft. Zo wordt er met in feite hun eigen geld iets voor de dorpsgemeenschap gedaan waar men anders niet aan toe zou komen......
Na een prima nacht slapen stappen we de volgende morgen samen met Janosz en Ilona in de Vivaro-bus (gelukkig is die bus echt wel wat breder dan een VW-bus….) en we rijden volgens plan naar het gehucht Petek. In dit plaatsje (waar Derk ooit van zei: het is maar goed dat je weet dat de wereld rond is, als die plat was geweest was je er hier wel af gevallen…..) wonen Deszö en Ida, oude bekenden van ons waar we inmiddels al een jaar of 7 a 8 niet meer geweest zijn. Ook hebben we Denes en Piroska uit Miklosfalva uitgenodigd om naar Petek te komen om samen gezellig bij te praten en wij willen hen dan ook op een jubileum-etentje trakteren in een restaurant in Odorheiul Secuiesc.
De rit naar Petek duurt toch nog zo’n kleine 2 uur maar we genieten er wel van. Aangekomen in Petek worden we zeer hartelijk welkom geheten door Deszö en Ida. Tsjongejonge, wat zijn deze mensen zichtbaar opgetogen dat wij weer een keer bij hen komen. Als we in de kleine eetkamer zitten wordt ons verteld dat Denes en Piroska, die wij ook hadden gevraagd hier te komen en later samen uit te gaan eten, helaas niet kunnen komen omdat zij met een van hun ouders naar het ziekenhuis in Tirgu Mures moeten. Helaas, maar dat gaat begrijpelijk voor.
Even later komt Ida met grote schalen met schnitzels, gebakken aardappelen etc. aandraven. Ja maar, onze bedoeling was dat we straks samen in een restaurant in Odorhei Secuiesc zouden gaan eten, dan gaan we nu toch niet eerst hier aan een uitgebreide warme maaltijd beginnen? Janosz vertelt dan dat Deszö en Ida het zo mooi vinden dat wij weer bij hen zijn, dat zij het jammer vinden om van die tijd ook nog eens de reistijd naar Odorhei Secuiesc v.v. af te moeten staan. En ook moet er tegen het eind van de middag vee gemolken worden, Deszö heeft 3 koeien die (met de hand uiteraard) gemolken moeten worden…..
We zitten een tijdje gezellig bij te praten en herinneringen worden opgehaald. Dan komt ook het overlijden van onze goede vrienden Lena en Sandor Biro ter sprake. Deszö vertelt dat hun graf bij de kerk er netjes bij ligt maar dat de grafsteen nog nooit afgemaakt is. Wij hebben toentertijd geld gegeven om de grafsteen netjes bij te werken qua overlijdensdatum van Biro maar de familie heeft dat tot op heden nooit uitgevoerd. We besluiten dan om een wandeling door het dorp te maken en wat rond te kijken.
We bezoeken dan ook het graf van Lena en Sandor Biro en zien dat het er inderdaad redelijk netjes bijligt. We geven vervolgens een benodigd bedrag van 15 Euro aan Deszö en met hem spreken we af dat de tekst op de grafsteen verder afgewerkt wordt. In Deszö hebben we alle vertrouwen dat dit goed komt.
Vervolgens bezoeken we ook het kerkje dat er echt mooi bij staat, net als de bijbehorende pastorie. We kijken even binnen en halen herinneringen op aan deze plekken waar we zelf ook veel hebben kunnen helpen en waar nogal wat dierbare herinneringen liggen. De pastor blijkt niet aanwezig te zijn maar zijn vrouw nodigt ons uit om even iets te komen drinken, dus slaan we die kop koffie niet af.
We gaan weer verder en komen weer terecht in het huis van Deszö en Ida. Ook hier praten we nog even na en dan is het tijd om weer te vertrekken. Een hartelijk afscheid valt ons ten deel en natuurlijk krijgen we, traditie-getrouw, van Deszö weer een paar flessen palinka mee en wat flessen bier.
Op verzoek van Ilona rijden we vanaf Petek naar Odorheiul Secuiesc waar hun zoon Sandor woont. Deze jonge man hebben we al jaren niet meer gezien. Hij woont met zijn gezinnetje in een kleine flatwoning in het centrum van de stad. Na een glaasje fris en even wat bijpraten gaan we weer verder.
Janosz vraagt of we terug zullen rijden via Homorod of via Baraolt en we kiezen voor de laatste weg: via Baraolt is het een prachtige weg om te rijden door een schitterend stuk natuur. Het schiet niet erg snel op omdat er bij wijze van spreken nog geen 300 meter rechte weg in zit, maar mooi is het wel.
Als we in de buurt van Doboly komen moet Ilona nog even iets voor de maaltijd halen en we stoppen bij een klein dorpswinkeltje als bij ons in de jaren 50-60 van de vorige eeuw....... heel veel artikelen worden echt nog los (per stuk) verkocht. Grappig !! Even later zien we een jonge man, circa 22 jaar oud, die wankelend om de hoek van het winkeltje komt met een geopende fles drank in de handen. Hij lalt er vrolijk op los en is zichtbaar zo dronken als een toeter. Tsjongejonge, zelden hebben we iemand zo dronken gezien.... Maar plezier heeft hij kennelijk wel......
In Doboly aangekomen blijken zoon Jancsi en dochter Babika (Bobo) inmiddels ook thuis te zijn gekomen. We begroeten hen ook hartelijk en wisselen we wederzijdse wetenswaardigheden over werk en familie uit.
Jancsi stookt inmiddels in de tuin de barbecue maar weer eens op en opnieuw komen er grote aantallen karbonades en worstjes op tafel.
Na het eten zitten we nog geruime tijd samen op de veranda en hebben fijne gesprekken waarbij natuurlijk veel herinneringen over de laatste 25 jaar worden opgehaald. Soms wordt het daarbij even emotioneel en dat is best begrijpelijk gezien de dingen die we samen meegemaakt hebben maar aan het eind vat Janosz het samen : Gott sei Dank ..... en dat onderstrepen wij volmondig.
Het loopt al tegen half elf als we toch maar richting ons bed gaan. Half elf is voor onze gastheer en gastvrouw een erg laat tijdstip om naar bed te gaan.....
Herman en Jan opperen het idee om hun stretcher toch maar op te zetten want natuurlijk moeten Jancsi en Bobo ook ergens slapen vannacht..... maar hun voorzet wordt absoluut niet ingekopt....geen sprake van !! De kinderen slapen op de bank in de woonkamer en Janosz en Ilona leggen een matras op de grond in de keuken.....
Na een prima nacht staan we de volgende morgen mooi op tijd op en genieten van een prima ontbijt met veel verse groenten uit eigen tuin (paprika’s, tomaten etc). Daarna neemt Janosz ons mee naar de stad Covasna, waar we overigens enkele jaren geleden ook al eens zijn geweest.
Janosz vertelt onderweg dat de dekaan in Covasna hem had benaderd met de vraag of zijn (Janosz’) vrienden uit Holland misschien konden helpen bij een project waar hij mee bezig was in en bergdorpje.
We komen aan bij de pastorie van deze pastor/ dekaan, Zsoltan, en hij nodigt ons uit voor de koffie. Dat slaan we natuurlijk niet af en in de tuin van zijn huis drinken we samen een heel best bakkie koffie. Ondertussen maken we nader kennis met deze jonge pastor en hij vertelt waar hij mee bezig is:
In het bergdorpje Comandau (Hongaarse naam Kommando) is hij bezig met het opzetten van een gebouw dat dienst zal moeten gaan doen voor meerdere functies: het zal dienst moeten gaan doen als conferentie-centrum maar ook als soort retraitre-post voor pastors. In de Hongaarse kerk kent men het systeem dat iedere pastor na een aantal jaren ( 5 – 6 jaar) een week of 8 rust krijgt. In die tijd kan hij dan in zo’n centrum terecht, al dan niet met zijn gezin en de tijd mag hij grotendeels zelf invullen: hij kan/mag studeren maar ook gewoon echt tot rust komen, even helemaal los van de dagelijkse zorgen in zijn eigen gemeente.
In de derde plaats zal het centrum dienst gaan doen als vakantie-oord voor de kinderen van de meest armoedige gezinnen in Covasna. Op die wijze kunnen die kinderen ook even de ellende en armoede van thuis even van zich afzetten en tot rust komen.
Op onze vraag wat er dan zoal nog moet komen om het centrum bruikbaar te maken antwoordt Zsoltan dat er vooral nog serviesgoed en dergelijk keukengerei nodig is.
U zult het moeten geloven : juist op dat moment wordt Jan gebeld door een kennis die ons al vaker goederen heeft geschonken: het bedrijf waar hij werkt, een groothandel in serviesgoed uit Oldenzaal, vraagt of hij deze middag een paar pallets met serviesgoed kan komen brengen bij onze opslagruimte...... kopjes, schoteltjes, borden, soepkommen etcetera etcetera...... Gelooft u nog in toeval ???
Jan weet te regelen dat zijn dochter die middag bij onze opslagruimte aanwezig is om de goederen in ontvangst te nemen.......
Vooral deze laatste bestemming spreekt ons aan want, hoe goed bedoeld ook, wij richten ons als stichting zeker niet op de eerste plaats op de eerste twee doelstellingen.
We stappen met z’n allen in onze bestelbus en vertrekken dan naar het genoemde bergdorp om ter plaatse te zien wat er al gebeurd is en wat er nog gebeuren moet.
Onderweg naar het bergdorpje zien we amper ander verkeer : het is een blubberige zandweg zonder zijwegen en ook huizen komen we onderweg niet tegen: alleen een boswachter met een soort buggy komt op een gegeven moment het bos (zeg eigenlijk maar : woud) uit. Achter op zijn buggy zitten kruislings 2 grote geweren gemonteerd........ niet helemaal overbodig gezien de hoeveelheid beren die hier in het wild leven....
Als je via Wikipedia zoekt op dit plaatsje dan wordt hier afzonderlijk vermeld: Het dorpje is lastig te bereiken, er is namelijk geen geasfalteerde weg die de berg op leidt......
Nou, niet alleen geen asfalt maar ook geen klinkers of wat ook: een grote blubberzooi......
Onderweg komen we langs diepe ravijnen in een overigens prachtige natuur. De weg is zo’n 12 kilometer lang en we doen er ruim een uur over.......
Pastor Zsoltan vertelt hoe dit afgelegen bergdorpje aan haar naam komt: in het verleden liep op deze berg de grens tussen Roemenië en Hongarije. Boven op de berg was de commando-post van de grensbewaking in dat gebied. U raadt het al: vanwege de commandopost werd dit dorpje (waar toen overigens alleen militairen woonden) Comandau / Kommando genoemd. De afgelegen ligging was natuurlijk voor grensbewaking prima....
Eenmaal boven op de berg zien we een kleine nederzetting. Het ziet er echt anders uit dan een ‘normaal’ dorp. Eigenlijk maar een paar wegen, veel barak-achtige woningen en een schilderachtig dorpsplein. Vlak bij dit plein staat een klein kerkje met een afzonderlijk gebouwde houten klokkentoren en daar schuin achter staat de nieuwbouw van het door pastor Zsoltan bedoelde centrum.
We kunnen het gebouw ruim bezichtigen als de beheerder, tevens koster van het kerkje, ons rondleidt. Er blijkt inderdaad al vrij veel van de bouw klaar te zijn, zeker de buitenzijde is gereed en aan de binnenzijde is men druk bezig. Het lijkt een prachtig gebouw te worden met een mooie ruime keuken, gezamenlijke eetzaal en behoorlijk wat slaapkamers / studeerkamers. Op de bovenste verdieping is een grote zaal waar groepen (kinderen) kunnen overnachten. Het ziet er allemaal heel behoorlijk uit..... en als wij dan kunnen helpen door daar goederen (serviesgoed etc.) te schenken, dan is het toch prima ? Temeer omdat dat serviesgoed anders in de afvalcontainer belandt......
We lopen buiten nog even een rondje en dan zien we dat de ‘koster’ naar de klokkentoren komt lopen. Ja, het is bijna 12 uur in de middag en dan wordt de klok geluid. Met enkele ferme trekken aan het touw begint de klok te luiden....... ja ja, iedere morgen, middag en avond wordt de klok geluid, handmatig !!!
We rijden nog een rondje door het gehucht om even wat rond te kijken en beginnen dan aan de terugweg over de ‘highway’. Er is amper verkeer op de weg, ik geloof dat we onderweg behalve de genoemde boswachter met buggy nog 2 auto’s hebben gezien.....
In Covasna zetten we pastor Zsoltan af bij zijn woning en reizen dan verder, terug naar Doboly waar Ilona de lunch al weer klaar heeft staan. Het lijkt wel of het leven daar grotendeels bestaat uit maaltijden...... op zich niets mis mee maar de kilo’s vliegen er niet bepaald van af.
Na de lunch zitten we nog een heel poosje op de veranda en kijken zowel terug als ook vooruit. Wat is er veel gebeurd in de afgelopen jaren en wat staat er nog te gebeuren en welke rol kunnen wij daarin vervullen? We maken wel wat plannen maar heel concreet zijn die nu nog niet. Er hangt ook zo veel af van andere zaken die meespelen : een andere opslagruimte (is op moment van dit schrijven inmiddels gerealiseerd !!) en verder de transportmogelijkheden, heel duidelijk gekoppeld aan de financiële mogelijkheden.......
Ter gelegenheid van ons jubileum nodigen we Janosz en Ilona uit om samen met ons uit te gaan eten in een restaurant in Sfanthu Gheorge waarbij ook Gabi en Mimi aanwezig zullen zijn.
We hebben die avond een heel gezellige avond met prima eten in een dito restaurant en de prijs : die valt heel erg mee......
Toch komt aan deze avond ook weer een eind en in het stikkedonker (openbare straatverlichting is er wel maar zeer spaarzaam) rijden we terug naar Doboly, waar we ook vrij snel onze bedden weer opzoeken want de volgende morgen willen we op tijd opstaan want de terugreis naar Boedapest moet gemaakt worden.
Om 4 uur ( !!!) de volgende morgen staan we op, doen achter elkaar de dagelijkse plichtplegingen in de badkamer waar Janosz de houtgestookte boiler al heeft opgestookt zodat wij warm water hebben en pakken dan onze spullen in de bus. Dan heeft Ilona al weer een prima ontbijt klaar staan en als daar het grootste deel van achter de Hollandse kiezen is verdwenen, komen Janosz en Ilona met een mooie handgeschilderde grote vaas aan, als aandenken aan ons jubileum waar zij het verreweg overgrote deel part van zijn geweest.
Dan toch het afscheid, altijd warm en een beetje weemoedig. Kunnen we in het najaar nog een keer een reis maken of wordt het pas volgend voorjaar weer ? Hans heeft geluk: na 24 jaar in eigen (verlof/vakantie)-tijd een dikke 40 reizen te hebben gemaakt heeft hij nu van zijn leidinggevende 2 dagen bijzonder verlof gekregen om deze jubileumreis te kunnen maken. Bert Visser: nogmaals dank voor deze geste ! Dat scheelt weer 2 vakantiedagen en of je die hebt of niet, dat scheelt 4 dagen......... Da’s logisch toch ??
We besluiten om ‘bovenlangs’ terug te rijden, dat wil zeggen via Tirgu Mures-Cluj Napoca en dan naar de grensovergang Bors bij Oradea. We hebben mooi weer om te rijden en te reizen en om de 2 uur wisselen we nog steeds van chauffeur, ondertussen soms een bakkie koffie zettend (en daarna heerlijk op te slurpen) en natuurlijk af en toe een stuk harde worst, een slaatje uit de koelkast of een bakje kwark. We redden ons wel !!
De grenspassage levert totaal geen problemen en amper oponthoud op en we knorren dan lekker verder naar Boedapest, waar we aan het eind van de middag bij onze vrienden Joszef en Katalin het erf opdraaien.
Katalin is nu ook aanwezig en we vertellen, ondertussen genietend van de traditionele kip-met-honingsaus en bijbehorende rijst en groenten, wat wij op deze reis weer meegemaakt hebben.
Omdat we op deze morgen al heel vroeg opgestaan waren, kruipen we deze avond toch ook maar op tijd in bed. De volgende morgen kunnen we uitslapen......ook niet verkeerd.
Deze donderdagmorgen slapen we inderdaad uit (alhoewel we om half negen al weer aan het ontbijt zaten), nemen een lekkere douche en na het ontbijt zitten we lekker even in het zonnetje dat heerlijk over de tuin straalt.
We gaan nog even wat inkopen doen en dat kunnen we best alleen, daar hoeft Katalin niet meer voor mee, we weten inmiddels de weg.....
Die middag besluiten we samen nog lekker even de stad in te gaan. Boedapest heeft wel iets gemeen met Almelo : er is altijd wat te doen..... zij het dan in Boedapest wat meer.....
Joszef is nog druk met allerlei werkzaamheden en hij heeft geen tijd om de hele middag mee te gaan. Hij is echter wel bereid om ons met de auto weg te brengen tot het Parlementsgebouw en op afroep zal hij ons weer ophalen.
We wandelen heerlijk in het zonnetje langs de Donau, drinken een fijne kop koffie en wat anders op een gezellig terrasje en genieten zodoende van de goede dingen in het leven. Dat mag toch ook wel ??
Als het naar de klok van 5 uur gaat belt Katalin naar Joszef en geruime tijd later zien we hem met de auto aankomen. Tsja, dat relatief kleine stukje ( ca 4 kilometer) is in het spitsuur in deze wereldstad echt een crime: Joszef heeft er bijna een uur over gedaan.......
Wat ons in Roemenië niet was gelukt doen we dan vanavond maar in Boedapest: ter gelegenheid van ons jubileum (we komen dus inderdaad ook al 25 jaar achtereen op zowel de heen- als terugreis overnachten bij Joszef en Katalin) : we gaan samen uit eten in een prima restaurant in het centrum van Boedapest. Het restaurant blijkt eigendom te zijn van de kerk en als verantwoordelijk beheerder kent men Joszef natuurlijk ook wel.
Heel leuk dat de kok bij het toetje het ijs en toebehoren laat serveren op een groot bord waar met chocola een smiley en het getal 25 op geschreven is..... als goede en leuke gedachte aan ons jubileum.
Het is heel gezellig en dan gaat de tijd meestal ook heel snel: het is al behoorlijk laat als we het laatste drankje wegwerken en als Hans (als penningmeester) de rekening gaat betalen biedt men aan om 10 % van de prijs als extra korting te geven, als symbolisch gebaar voor waardering van ons werk in Roemenië. Dat slaat een goede penningmeester natuurlijk niet af ........onder dankzegging natuurlijk voor deze leuke geste.
We wandelen terug naar de auto en dan gaat het in rap tempo naar de Frangepan en bijna in hetzelfde tempo gaan we naar boven om toch nog even een paar uur lekker te slapen, want morgenvroeg staat de thuisreis op het programma en dus hebben we de rust wel een beetje nodig.
Om 5 uur ’s morgens gaat de wekker en worden bijna routinematig de nodige werkzaamheden als wassen, scheren, ontbijten, inpakken, auto controleren op oliepeil etc etc. verricht en om klokslag 6 uur nemen we afscheid van Joszef en Katalin en draaien de poort van hun pastorie uit.
Het is nog aardig rustig in Boedapest en amper een half uur later verlaten we de stad en rijden de snelweg op richting Wenen. Als we na zo’n 2 uur rijden de grens Hongarije-Oostenrijk bereiken blijkt daar amper meer controle te zijn (hadden we wel verwacht in verband met de vluchtelingenproblematiek) dan normaal en we zijn dan ook snel door de controle. Nou ja, wij zien er natuurlijk ook wel heel erg betrouwbaar uit......hahahaha.
Als we een paar uur later de grens Oostenrijk- Duitsland passeren is daar ook weinig meer zichtbare controle, maar direct na de grens richting Passau is de politie druk bezig om al het verkeer over 1 rijstrook te leiden en op een grote parkeerplaats wordt net een controle opgezet met grote tenten en heel veel ‘blauw op straat’. We hebben geluk dat de controle nog niet echt begonnen is en we kunnen zo doorrijden. Niet dat we iets te verbergen zouden hebben, maar je bent zo weer een dik kwartier extra tijd kwijt en we willen nu wel graag weer ‘op de keuken aan ‘.
De Vivaro-bus doet goed zijn best en we schieten lekker op. We hebben de versnaperingen en het eten voor onderweg allemaal bij ons en na een paar crackers met kaas, af en toe een slaatje en kwarkje en natuurlijk een stuk harde worst, kunnen we er weer tegen en tegen 7 uur ’s avonds bereiken we de grens Duitsland-Nederland bij Enschede en dan is het nog maar een half uurtje naar huis.
Zoals al jaren gebruikelijk komen we aan bij het huis van Derk en Dineke, waar onze families, al dan niet met kinderen en kleinkinderen (die hadden we bij het begin van onze reizen 25 jaar geleden nog niet), ons opwachten en een warm welkom bezorgen.
Na de even gebruikelijke koffie met een lekker stuk slagroomtaart scheiden onze wegen zich nu en ieder gaat zijn eigen weg naar huis, moe, maar blij en voldaan dat er weer een reis gemaakt kon worden en we weer veilig en gezond thuis konden komen.
Heel graag willen wij iedereen die ons heeft geholpen, op welke manier dan ook, heel hartelijk danken voor die hulp. Zonder die hulp zou het absoluut onmogelijk zijn en zijn geweest om deze 25 jaar de hulp te verlenen aan de mensen die het daar nog steeds zo nodig zijn, met name de ouderen, kinderen en gehandicapten.......boven alles echter, om met Janosz te spreken : Gott sei Dank !!
Rijssen, augustus 2016.
Comments